Belevenissen van een kersverse geleidehond.
We zijn voor het eerst naar onze
hondensportvereniging in Dronten geweest. De cursus Gehoorzame Hond die we gaan
doen begint pas half april, maar zo kunnen ze vast wennen aan de omgeving en al
die honden om ze heen. Iedereen was heel nieuwsgierig naar ze, dus we hadde het
tuig afgedaan, zodat ze contact konden maken met mensen en honden.
We zijn naar het station gaan lopen. Mees wilde eerst niet
erg maar kwam uiteindelijk goed op gang en liep mooi. Ik leer ook steeds beter
hoe ik hem goed kan aansturen. We moeten ergens naar links, voor een gebouw
langs. Eerder ging Mees daar goed naar links en ik had al braaf gezegd, maar
merkte tegelijkertijd dat we in het zand stonden. Hij had een hoekje afgesneden.
Vandaag deed hij dat dus weer en moesten we het over doen. Blijkt weer dat ik
niet meteen moet belonen, maar dat is zo moeilijk, want ik wil ook graag dat
hij nog begrijpt waarvoor hij beloond wordt. Hij vindt mij af en toe behoorlijk
ongerijmd, denk ik. Hij moet er natuurlijk ook aan wennen dat naar me
kijken geen effect heeft. Hij begrijpt niet dat ik niet kan zien, maar merkt
wel dat ik minder adequaet ingrijp dan een trainer.
Het is normaal dat jonge geleidehonden nog fouten maken in
het werk. Ze zijn goed opgeleid en kunnen het allemaal, maar nu moet Mees het
voor mij willen doen. Dat kost tijd, daar ben je zomaar een half jaar mee
bezig. Het is daarom belangrijk te werken aan de band, want dat is een
voorwaarde om goed samen te werken. Met ze trainen buiten het geleidewerk om vinden wij een goede manier.
Op de omheinde veldjes van onze club hebben we ze losgelaten
om te oefenen met hier komen, want een geleidehond blijft gewoon een hond die regelmatig eens lekker de poten moet kunnen strekken, moet kunnen snuffelen en spelen. Het is voor ons dan heel belangrijk dat ze goed komen als we roepen, we kunnen immers niet zien waar ze zijn. We horen ze wel, want ze hebben belletjes om, maar we weten op afstand niet wat ze doen. Het is voor ons dus letterlijk controle loslaten. Als ze los zijn, merken ze dat ze bv. dingen van de grond kunnen eten zonder dat wij er wat van
zeggen.
Desudo adviseert dan ook om een paar weken te wachten met loslaten, totdat je een begin van een band hebt. De kans dat de hond dankomt is groter en zo doen we samen positieve ervaringen op met loslopen.
Ze komen goed naar
ons toe. Loes doet het heel netjes: de trainer van de club vertelt ons dat ze haar staart gebruikt als propellor om op tijd stil te staan bij Tom. Mees vergeet
te remmen en dendert in volle vaart tegen mijn benen aan. Ik leer een handig trucje om dat te voorkomen. Je gaat
staan met je benen iets uit elkaar. Zo zie je er voor de hond ook minder uit
als een ‘gesloten blok’. Je zakt iets door je knieĆ«n en houd je handen, al dan
niet met beloning erin, in elkaar gevouwen en met gestrekte armen voor je buik.
De hond komt aanrennen en raakt met zijn neus eerst je handen aan, zeker als
daar een beloning in zit. Je strekt je benen en je handen gaan wat hoger. De
neus van de hond zal je handen volgen en hij moet wel gaan zitten. Zo werkte
het in ieder geval goed met Mees.
Ze hebben dus lekker gerend en gespeeld en toen moesten ze
weer werken naar de bushalte. Mooi om te zien hoe ze schakelen, van vrijheid
naar werk.
Al met al is het heel bijzonder wat ze kunnen. In het werk
hebben ze de leiding en moeten soms zelfs een commando kunnen weigeren omdat
het opvolgen ervan tot een onveilige situatie kan leiden. Denk maar aan de
perronrand. Als ik daar sta en ik zou vooraan zeggen, zou Mees niet gaan.
Anderzijds verwachten we wel dat ze netjes volgen aan de lijn en prompt terug
komen als we ze roepen. Ik heb grote bewondering voor de flexibiliteit van deze
honden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten