zondag 12 mei 2013

multifunctionele geleidehond

Sinds een paar weken zijn we begonnen met een cursus speuren. We krijgen les van een ex-politieman. De honden leren om een spoor uit te werken, zoals dat heet. We maken zelf het spoor met onze voeten. De hondenneus is zo goed, dat hij ons spoor ruikt, ookal hebben we schoenen aan. We verliezen bij het lopen ook huidschilfers, die onze geur hebben. De honden moeten steeds met de neus over de grond het spoor volgen. Aan het eind van het spoor ligt een beloning. Voor Mees is dat zijn leren lapje, dat ik ook gebruik als we samen ‘hersenwerken’. Zodoende is hij niet op de grond aan het zoeken naar voer, maar krijgt hij zijn beloning als hij het lapje brengt, en dat doet hij… Het spoor loopt in een u-bocht, je eindigt dus een eindje naast je beginpunt. Ik wilde net beginnen om Mees te laten zoeken, maar hij zag een snellere weg. Hij griste het lapje van de grond en kwam het mij brengen. Nee Mees, je zal er eerst voor moeten werken jongen… Dat werk, daar snapt hij nog niet zoveel van. Hoewel hij in eerdere workshops goed speurde, is hij nu voortdurend afgeleid door jong gras dat ook zo lekker is om te eten, of loopt hij om zich heen te kijken, maar ik heb goede hoop dat het kwartje nog gaat vallen. Ik schrijf dit na de cursus van vanmorgen en die ging al een heel stuk beter. Mees raakte het spoor wel kwijt af en toe, maar zocht het ook weer op. Hij snapt beter waarmee hij bezig is.

Hij is inmiddels een kei in het dingen oprapen voor mij. Het maakt niet uit wat het is: de post, een sinaasappel, sleutels, een bonnetje. Hij mag soms ook helpen boodschappen naar de keuken brengen, als er iets bij zit dat geschikt is om in zijn bek te dragen. Een doosje thee komt vrij ongeschonden aan. Een vierkant doosje houdt moeilijker vastdan een sinaasappel, want hij laat het een paar keer vallen voordat het bij mij is, terwijl hij de sinaasappel in een keer bij me brengt.
Laatst op een avond, toen we al bezig waren naar bed te gaan, bedacht ik me dat ik het hondenfluitje dat ik gebruik om Mees te roepen, nog mee moest nemen. Ja vrouwen hè, steeds een andere jas en dan moet alles weer overgeheveld worden… De honden lagen al op hun plaats en wij waren al boven, maar ik liep naar beneden om het fluitje te pakken. Ik wilde het in mijn jaszak stoppen, maar het viel op de grond, op de deurmat, een zacht geluid. Niet voor Mees. Ik vroeg niks, riep hem iet, hij kwam uit zichzelf rustig aanlopen, pakte het fluitje op en gaf het mij. Ik wilde hem knuffelen, maar hij was alweer onderweg naar bed: “hier is je fluit, voordat het hele huis weer op zijn kop staat omdat je je fluit kwijt bent, nu ga ik weer naar bed”.

Afgelopen maandag moesten we  naar Utrecht, naar een andere halte van de sneltram. Die hebben ze verplaatst vanwege de verbouwing rond het station. Zelf had ik die route lang geleden wel gelopen, maar niet met Mees. We moesten om te beginnen in de tunnel naar links, in plaats van naar rechts. Mees staat dan even te wachten, alsof hij vraagt: “weet je het zeker”? Ik begrijp dat, want zo’n kei ben ik nou niet met oriënteren maar “ja, ik weet het zeker Mees”.
De route ging helemaal goed, een heel smap trapje op dat Mees eigenlijk liever wilde vermijden, maar dan kom je op het fietspad en kun je niet meer de stoep op. Het laatste stukje moesten we even zoeken want we wilden de stoep op, maar daar stond een hek. Ik vroeg Mees net of hij toch de stoep kon zoeken, toen ik werd aangesproken. Mensen die je onderweg willen helpen doen dat met alle goede bedoelingen, maar niet altijd adequaat, deze meneer was een echt goede helper. Dat wil voor mij zeggen dat hij aanwijzingen gaf, maar Mees wel zelf het werk liet doen. We vonden de halte en daarna was het weer bekend terrein voor Mees en mij.
Bij de oogvereniging, waar we moesten zijn, moesten we even wachten. Er was een bankje dat ik Mees vroeg te zoeken. Terwijl hij die moeilijke route heel goed had gedaan, kon hij dit bankje niet vinden. Tot drie, vier keer toe liep hij er voorbij… Wat grappig toch.

Terug op de nieuwe tramhalte hoefde ik niks te zeggen. Hij koos zelf welke kant hij op moest om bij het trapje naar beneden te komen, wees netjes de paal om uit te checken aan en liep de route, die hij pas een keer had gelopen op de heenweg, zonder meer terug! Ik zeg dan steeds tegen mezelf: hij weet het, vertrouw hem, niet ingrijpen, behalve als je echt denkt dat het fout gaat. Bij de eerste oversteek hield ik me daar al meteen niet aan. Die is nogal breed, dus ik dacht: waar blijft die stoep nou? Zou hij afgeweken zijn? Ik wist dat we op de stoep naar links moesten dus ik zei: vooraan links, maar Mees wist dat we pas naar links moesten op de stoep. Hij deed het dus niet en liep eerst door naar de stoep. Dat is de ongehoorzaamheid die een geleidehond moet hebben: je kan dat wel zeggen, baas, maar nu even niet… Later dacht ik weer dat hij te veel naar links uitweek en ik stuurde hem naar rechts, tegen een gebouw aan. Het was niet nodig, want we kwamen keurig bij het trapje uit. De volgende keer dat we deze route lopen ben ik degene die het nog beter moet doen, niet Mees.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten